In de Meesterproef ga je toepassen wat je in de Minor Web Development hebt geleerd. Voor de Meesterproef krijg je een opdracht van een echte opdrachtgever. Je gaat leren hoe je de geleerde kennis en skills kan gebruiken om een oplossing voor een probleem te ontwerpen. Testen, maken, evalueren, testen, maken ...

In de eerste week krijg je een briefing van de opdrachtgever en schrijf je een debriefing. Dat is de opdracht en de doelstellingen in eigen woorden beschreven. Daarna ga je iedere week een proof-of-concept bespreken met je opdrachtgever. In week 5 presenteer je het eindresultaat. Hiervoor maak je een passende presentatie.

Elke week zijn er coachingsmomenten gepland. Coaches voor de Meesterproef zijn: Joost Faber, Laurens Aarnoudse, Janno Kapritsias, Vasilis van Gemert en Koop Reynders.

1. Maandag - Standup & checkup met je coach.
2. Woensdag - Codereview met Joost, Laurens en Janno.
3. Donderdag - Designreview met Vasilis en Koop.
4. Vrijdag - Testen met de opdrachtgever.

Deze week worden de projecten gepresenteerd en kun je een project kiezen.

• Presentatie slides
• Planning

Deze week heb je je eerste afspraak met je opdrachtgever. Schrijf een debriefing van de opdracht en check deze met de opdrachtgever en je coach.

1. Maandag is de eerste afspraak met de opdrachtgever en heb je een standup en checkup met je coach.
2. Dinsdag stuur je een debriefing.
3. Donderdag en vrijdag is het Hemelvaart. Geen les.

Deze week ga je twee keer testen bij de opdrachtgever. Maandag en vrijdag ga je de opdrachtgever laten zien wat je hebt gemaakt.

1. Maandag heb je een standup en checkup met je coach.
2. Woensdag is de eerste codereviews.
3. Donderdag is er een designreview.
4. Vrijdag is er een Q&A over de verwachtingen, criteria, leerdoelen en beoordeling

De derde week ga je weer testen bij de opdrachtgever. Aan het eind van de week laat je de 3e sprint zien.

1. Maandag is het tweede pinksterdag. Geen les. Wanneer ga je de 3e sprint laten zien aan je klant?
2. Woensdag is er een codereview.
3. Donderdag is er een designreview.

Deze week ga je weer testen bij de opdrachtgever. Aan het eind van de week laat je de 4e sprint zien.

1. Maandag heb je een standup en checkup met je coach.
2. Woensdag is er een codereview.
3. Donderdag is er een designreview.

Dit is de laatste week van de Meesterproef. Donderdag laat je de je het final prototype zien aan je opdrachtgever. Vrijdag is de EXPO, dan kun je je werk laten zien aan collega's en wordt je werk beoordeeld.

1. Maandag heb je een standup en checkup met je coach.
2. Donderdag final prototype bij de opdrachtgever.
3. Vrijdag EXPO. Presentatie en beoordeling van de projecten.

Met de Meesterproef laat je zien wat je hebt geleerd tijdens de minor. Studenten die de vakken hebben gehaald kunnen aan de Meesterproef beginnen.

De Meesterproef bestaat uit 3 projectweken en een eindproject van 5 weken. De 3 projectweken, PW1, PW2 en PW3 tellen mee als AVV.

Het eindproject wordt beoordeeld op een Design rationale, een Product biografie en een reflectie op het eigen niveau. Én of de klant blij is met het gemaakte project.

In de Design Rationale schrijf je de debriefing, de probleem-definitie, toon je de oplossing en schrijf je een uitleg van de code. De Design Rationale is een verantwoording van je ontwerp. Als je in een team werkt kun je de Design Rationale als team schrijven. (TIP: Doe dit dan in de project repo)

In de Product Biografie hou je per week bij wat je allemaal hebt gedaan. Je schrijft over het proces, de iteraties, de werkwijze en de planning. Ook schetsen, testen, voorbeeld code en inspiratie zijn deel van de Product Biografie. De Product Biografie is individueel, ook als je in een team werkt.

Aan het eind van het project reflecteer je systematisch op je werk en het proces. Aan de hand van de vak-rubrics schrijf je welke vakken wel of niet aan bod zijn gekomen en waarom. Zo krijg je een goed beeld van je eigen niveau, mogelijke aandachtspunten in techniek, interactie en/of aspecten van het design-proces waar je je nog op kan verbeteren.

Voor de klant werk je aan een bestaand product of maak je een (werkend) prototype. Gericht op een bepaalde gebruikersgroep, geschikt voor verschillende apparaten, met echte data, én een goede UX. (Jeweettoch) Een blije klant is een goede klant. Soms ontkom je er niet aan dat je een beetje eigenwijs moet doen. Dan doe je juist niet wat de klant wil en probeer je de opdrachtgever te overtuigen met een proof-of-concept. En soms kan het voorkomen dat het proces niet helemaal soepel loopt. Dat hoort erbij en daar leer je van. Aan het eind van het project vragen we de klant feedback op het geleverde werk en het proces.